VOORTPLANTING
Als u wilt gaan fokken met chinchilla’s dan is het volgende van belang:
Chinchilla’s waarmee u wilt gaan fokken dienen gezond te zijn en geen familie van elkaar te zijn.
Een vrouwtjes chinchilla dient minimaal 8 -9 maanden oud te zijn. Dit omdat ze anders op een te jonge leeftijd gedekt wordt.
Voor een man wordt dit ook aangeraden, maar meer om de reden dat als hij te vroeg in de fok wordt gezet, de kans bestaat dat hij een groeiachterstand krijgt, waardoor hij kleiner zal blijven.
Met sommige kleuren combinaties mag ook niet gefokt worden in verband met de Letale factor. Zo mag een Velvet x Velvet of en Witte x Witte niet verpaard worden.
Een grotere kans op dode of geen gezonde dieren is aanwezig.
De bronst.
Een vrouwtje wat bronstig is, is bereid tot paren. De eerste bronst vind plaats op en leeftijd van 4 -5 maanden. Een oestruscyclus duurt 28 -35 dagen.
Ze zal dus ongeveer één keer per maand 3 tot 4 dagen vruchtbaar zijn. Een enkele keer wordt een bronst overgeslagen.
Het is moeilijk om te zien of een vrouwtje bronstig is. Aan het begin van de bronst zal ze een bronstprop verliezen. Haar schede staat dan lichtjes open.
Een enkele keer zul je de bronstprop terugvinden, maar dit is vaak lastig in het zaagsel. Een bronstprop is wasachtige prop van ongeveer 1 tot 1,5 cm groot.
Links op de foto de bronstprop (1 - 1,5 cm) Rechts op de foto de dekprop (2 - 3,5 cm)
De dekking.
Het bokje zal meerdere keren achter het vrouwtje aanjagen om haar te dekken. Mocht je een dekprop in de kooi vinden, dan kun je er bijna altijd vanuit gaan dat de dekking is geslaagd. De dekprop zorgt er namelijk voor dat de vagina tijdelijk afgesloten wordt, zodat de zaadlozing niet verloren gaat.
Het is een wasachtige prop van ongeveer 2 – 3,5 cm. Iets groter dan de bronstprop. Ook deze prop zal moeilijk te vinden zijn in het zaagsel.
De draagtijd.
De draagtijd van een chinchilla is 111 dagen. Dit komt neer op ongeveer 4 maanden. (3 maanden, 3 weken, 3 dagen).
Tijdens de zwangerschap zal het vrouwtje meer voedsel tot zich gaan nemen. Ook het knaagblok zal meer gebruikt gaan worden.
Haar jongen hebben extra kalk nodig voor het gebit en de botten. In de laatste weken van haar draagtijd zal ze regelmatig op haar zij gaan liggen.
Sommige chinchilla’s doen dit ook met warm weer. Het wil dus niet altijd zeggen dat een chinchilla die op haar zij ligt, dat die zwanger is.
Een zwanger vrouwtje kan behoorlijk wat aankomen.
Ontwikkeling jongen in de baarmoeder.
30 dagen – 0,1 gram
45 dagen – 1 gram
60 dagen – 10 gram
80 dagen – 25 gram
100 dagen – 40 gram
111 dagen – 45 gram
Jonkie is nog nat en zit nog onder het bloed.
Ouders bekommeren zich om het geboren jong.
Zwangerschapskalender.
Als u weet wanneer uw chinchilla ongeveer gedekt is, kunt u door middel van deze Zwangerschapskalender uitrekenen wanneer uw chinchilla ongeveer moet bevallen.
De bevalling.
Meestal worden de jonkies in de ochtend geboren tussen 7:00 en 10:00. In het algemeen verloopt een bevalling zonder problemen.
Het vrouwtje zal wat onrustig zijn door weeën. Ze gaat in een hoekje op de grond zitten. Het zal ongeveer een half uurtje tot uur duren voordat de jonkies geboren zijn.
De moeder zal voorzichtig met haar tanden de jongen eruit trekken. In de meeste gevallen zullen er twee jonkies geboren worden.
Dit kunnen er 1 tot 4 zijn, in enkele gevallen meer. Na het werpen zal ze de moederkoek op eten.
De jongen zijn na de geboorte nat. Ze zullen door de lichaamswarmte en de tong van de moeder worden gedroogd.
Al snel zul je een piepend geluid horen, doordat de moeder een zachte beet in de nek zet van haar jongen, om te zien of ze levenslustig zijn.
Als de jongen zijn schoongemaakt zullen ze onder haar kruipen en melk gaan drinken.
Een chinchilla heeft 6 tepels. Echter worden de bovenste twee tepels het meest gebruikt. Deze hebben de beste melktoevoer.
Soms zullen de jonkies ook vechten om de beste tepel. Bij een drieling zal er dus één gebruik moeten maken van een mindere tepel.
Enkele uren tot 24 uur na de bevalling zal ze alweer vruchtbaar zijn. Om een herdekking te voorkomen dient het bokje voor een paar weken bij het vrouwtje weggehaald te worden.
Dit hoeft niet iedere keer. Sommige vrouwtjes zijn zo verstanding en laten zichzelf niet gelijk weer herdekken. Dit zal eerst getest moeten worden.
Maar twee zwangerschappen achter elkaar is genoeg, hierna dient even een pauze ingelast te worden voor het welzijn van het vrouwtje.
De jonkies zullen zo als wij het noemen, kant-en-klaar ter wereld komen.
Ze zijn volledig behaard en hebben hun oogjes open. Een enkele keer zal een oogje nog dicht zitten, deze kan dan met lauw water en een wattenstaaf wat vochtig gemaakt kunnen worden, om vervolgens het oogje op te krijgen.
Net geboren jonkies zullen ongeveer een gewicht hebben tussen de 35 – 60 gram. Liefst een minimaal gewicht van 40 – 45 gram.
In enkele gevallen kunnen ze zelfs 70 of 75 gram wegen!! Het is normaal dat in de eerste dagen de jonkies iets afvallen. Een goed groeiend jong zal zo’n 15 a 20 gram per week aankomen.
– Na een paar uur zullen de jonkies al door de kooi lopen.
– Met 1,5 tot 2 weken zullen ze de kooi verder gaan verkennen en op de plankjes gaan springen.
– Met 3 tot 5 weken zullen ze interesse gaan tonen in het zandbadje, het drinkflesje en de pellets.
– Met 8 weken mogen ze de moeder verlaten, mits ze een minimaal gewicht hebben van 200 gram.
Ontwikkeling goed groeiende vierling (in grammen).
Geboorte 45 – 45 – 50 – 50 Actief rond lopen, kooi verkennen
Week 1 60 – 65 – 70 – 75 In zandbad zitten
Week 2 85 – 85 – 90 – 100 1e Plankje beklimmen
Week 3 105 – 105 – 110 – 125 Zandbad rollen / Interesse hooi
Week 4 135 – 140 – 140 – 150 Bovenste plank beklommen
Week 5 170 – 175 – 185 – 200 Pellets eten / water drinken
Week 6 205 – 210 – 225 – 245 Aanpakken van rozijntjes
Week 7 240 – 250 – 270 – 295 Eigen wil krijgen
Week 8 280 – 290 – 320 – 350 Oud genoeg om moeders te verlaten
1 dag oud
1 week oud
Slecht groeiende jonkies.
Helaas kan het altijd gebeuren dat de jonkies niet voldoende groeien.
Dit omdat de moeder bijvoorbeeld niet voldoende melk heeft of omdat het nest zo groot is waardoor een enkel jong gebruik moet maken van de mindere tepel.
Jonkies kunnen in dit geval bijgevoerd worden. Laat de jongen verder wel bij de moeder zitten.
Het is namelijk belangrijk dat ze ook bij de moeder blijven drinken. Het is slechts een extra aanvulling van melk wat ze bijgevoerd krijgen.
Zelf gebruiken wij altijd melkpoeder, Lactol van Beaphar, een puppie melk. Op 10 ml gekookt water doen wij 3 afgestreken lepels melkpoeder. Laat dit afkoelen tot kamertemperatuur.
Je kunt het ook even testen op de binnenkant van je pols. Wij voeden ze 2 á 3 keer per dag bij, verdeeld over de dag.
De melk kun je geven in een 1 ml wegwerpspuitje. Probeer de melk heel gedoseerd te geven door een druppel op de lip te tippen.
Het jonkie zal dit aflikken, waarna vervolgens een tweede druppel op de lip gezet kan worden.
Niet opdringen, want anders kunnen ze stikken doordat ze melk in de longen krijgen met als gevolg dat het jong komt te overlijden.
In het begin zullen ze even moeten wennen aan de smaak van de melk. De eerste paar dagen zal het jong vastgehouden moeten worden, maar na een paar dagen zullen ze zelf uit het spuitje drinken.
Het is belangrijk om de jonge chinchilla’s iedere dag te wegen, zo kunt u goed in de gaten houden of ze groeien.
Het beste is om dit op een vast tijdstip van de dag te doen, voor een voeding. Zelf houden wij altijd de avond aan.
Slecht groeiende jonkies.
De twee kleinste jonkies zijn bijgevoerd. Eerst met Kitty-Mel van Beaphar, maar hiermee groeide ze nog niet goed.
Later overgestapt naar Lactol van Beaphar. Toen begonnen ze beter te groeien.
De eerste paar weken de jonkies 3x per dag bijgevoerd, later afgebouwd naar 2x per dag.
En tenslotte van 1x per dag naar helemaal niets meer.
Geboorte (gram) 30 – 40 – 50 – 20
Week 1 45 – 60 – 60 – 25 1 jonkie overleden (met 25 gram)
Week 2 50 – 70 – 80
Week 3 55 – 80 – 95
Week 4 80 – 110 – 130 Overgestapt naar Lactol
Week 5 110 – 130 – 160
Week 6 125 – 140 – 185
Week 7 160 – 180 – 220
Week 8 185 – 205 – 255
Gewichten van jonkies kunnen zo verschillend zijn in één nest. Dit nestje bestond uit een jonkie van 50 gram en een jonkie van 20 gram. Het jonkie van 20 gram heeft twee daagjes geleefd.